Het BuLa 2022 in cijfers: een oppervlakte van 120 hectare, 5.000 kilo brood per dag en een budget van 25 miljoen CHF. Waar we dan over spreken? Het eens in de 14 jaar plaatsvindende, nationale Zwitserse padvinderskamp. In 2022 vond dit Bundeslager plaats in de regio Goms, in het Kanton Wallis.
Om de 30.000 padvinders, afkomstig van 800 nationale en internationale groepen, op plaats van bestemming te krijgen, werd gekozen voor twee vervoersmethoden: de bus en de trein. Op de eerste dag, 23 juli 2022, werden op deze manier 1200 reizigers per uur van Brig naar het kamp in Ulrichen vervoerd; ruim vijf keer zoveel als normaal.
Angst voor sneeuwbal
Niet alleen via Brig, maar ook via het aan de Gotthard-route gelegen Göschenen vonden de ‘Pfadis hun weg naar Ulrichen. Ook hier ging de reis per bus, georganiseerd door PostAuto, en per trein. De nationale spoorwegmaatschappij SBB was de coördinerende partij in het vervoer. Voor de Matterhorn Gotthard Bahn (MGB, of MGBahn) was het Bundeslager de grootste vervoersopdracht in haar bestaan. Er werd een intensieve dienstregeling gereden, waarbij de reguliere treinen maximaal verlengd reden en extra treinen aan de dienstregeling toegevoegd waren. Wie het netwerk van de MGB enigszins kent, zal beamen dat dit zeker geen makkelijke opgave is. Het netwerk is gebouwd op een uurdienst en is grotendeels enkelsporig. De kleinste vertraging zorgt voor problemen op de punten waar de treinen elkaar passeren en werkt de rest van de dag in de dienstregeling door. Van tevoren was er daarom angst voor een sneeuwbaleffect, ondanks de voorspelde temperaturen van rond de 35 graden Celcius. Het was daarom dat de in- en uitstaphaltes van de padvinders vol stonden met medewerkers en veiligheidspersoneel, die toezicht hielden op een voorspoedige en veilige gang van zaken. De opdracht was simpel: de bussen en treinen zo snel als mogelijk vol krijgen en wie of wat in de weg stond verwijderen. De betrokken reisleiding wist overigens precies met welke bus of trein de reis verder ging; een uitgekiende gang van zaken.
27/3-verdeling
Tijdens de drukke aan- en vertrekweekenden, respectievelijk die van 23/24 juli en 6/7 augustus 2022, werd bijna al het dienstvaardige MGB-materieel ingezet. Aan wie nieuwsgierig geworden is naar de stand van zaken: het materieelpark van de MGB beschrijven we in Railhobby 452. Om in de regio Goms met maximale capaciteit te kunnen rijden, vond een forse verschuiving in de materieelinzet plaats. De door Gepäcktriebwagen getrokken pendeltreinen, die normaal de dienst in de regio Goms uitmaken, werden deels verhuisd naar het Mattertal (de spoorlijn Visp-Zermatt). Zij speelden daar treinstellen type KOMET vrij, die door hun brede deuren en vele staanplaatsen meer capaciteit hebben en daarom keihard nodig waren rond Ulrichen. Tussen Andermatt en Göschenen pendelden vier in plaats van normaal twee pendeltreinen; waarbij via 27/3-minuten verdeling de dienst werd gereden. Ofwel: na 27 minuten geen trein twee treinen op 3 minuten van elkaar af. In Göschenen waren daardoor telkens twee treinen tegelijk aanwezig; een unieke situatie, die anders alleen bij verstoringen voor komt. En die analoog aan het imago van het Zwitserse spoor dus zelden voorkomt.
Bij elkaar shoppen
Extra bijzonder was de komst van twee treinen van de Rhätische Bahn (RhB). Ter uitbreiding van het materieelpark shoppen de metersporige bedrijven wel vaker bij elkaar, maar de komst van twee complete treinen is tamelijk uniek. In eerste instantie zocht de MGB bij de RhB naar locomotieven en rijtuigen, maar deze bleken te beperkt beschikbaar te zijn. In plaats daarvan kwamen twee Stammnetzpendel naar de MGB. Bij gebrek aan een tandradaandrijving konden ze alleen tussen Andermatt en Glüringen ingezet worden; de aan- en afvoer via de Oberalppass vond plaats met een locomotief van de MGB aan weerszijden. Geheel in de RhB-kleurstelling, maar voorzien van de Kanton-wapens van Uri en Wallis, pendelden de treinen twee weken op het MGB-net, waarna ze een dag later weer terug naar de RhB gingen.
Naar het museum
De RhB kan de treinstellen goed missen door de instroom van nieuwe treinen; van de oorspronkelijk zes treinen, waren alleen de 514 en 515 nog niet gesloopt in afwachting van overdracht aan de MGB. Overigens gloort er enige hoop voor beide treinen: de motorwagen van stam 514 heeft na ‘thuiskomst’ een plek gekregen in het Bahnmuseum Bergün, terwijl stam 515 gereserveerd is voor (nog onbekende) museale doeleinden.
Meer weten?
Dit online artikel is een uitbreiding op het artikel over de toekomst van het materieelpark van de MGB. Je leest dit artikel in Railhobby 452. Nog geen abonnee? Word nu lid of bestel het magazine via Railhobby.nl/shop.
